Vraag van de dag in het Nederlands = Pytanie dnia po holendersku
Odpowiedz na pytanie zadane w klasie na Facebooku i wyślij automatycznie do sprawdzenia.
Nie ma lepszej metody na sprawdzenie swoich możliwości.
Odpowiedź gwarantowana.
Możesz sprawdzić poniżej błędne i poprawne odpowiedzi – abyś nie popełniał tych samych błędów.
Powodzenia
Vraag 23
Wij gaan weer beginnen.
Kolejne zdania do tłumaczenia, robimy z nich pytania i zaprzeczamy.
Odpowiedzi
- Wiem, co robić dalej.
Ik weet het wat verder doen.
Ik weet hoe ik verder moet.
Weet je hoe ik verder moet?
Ik weet niet hoe ik verder moet.
- Szybko decyduję: najpierw idę na kawę.
Ik beslist snel: eerste ik voor een koffie ga.
Ik neem snel een besluit: eerst ga ik koffie drinken.
Neem je snel een besluit? Ga je eerst koffie drinken?
Ik neem niet snel een besluit: eerst ga ik geen koffie drinken.
- Potem idziemy do parku.
Dan we gaan naar het park.
Daarna gaan we naar het park.
Gaan we daarna naar het park?
Daarna gaan we niet naar het park.
- Spaceruje po parku, a potem idę na przystanek autobusowy.
Wandelingen in het park, dan gaan we naar bushalte.
Ik wandel wat door het park en ga daarna naar de bushalte.
Wandel je wat door het park en ga je daarna naar de bushalte?
Ik wandel niet wat door het park en ga ik niet daarna naar de bushalte.
- Jedziemy autobusem do centrum.
Vananond we terug naar huis.
We gaan met de bus naar het centrum.
Gaan jullie met de bus naar het centrum?
We gaan niet met de bus naar het centrum.
- Wieczorem wracamy do domu.
De avond terug naar het huis.
’ s Avonds keren we terug naar huis.
Keren we ’s avonds terug naar huis?
’s Avonds keren we niet terug naar huis.
Wydaje mi się, że popełniane błędy są janse. Inaczej napisz w odpowiedziach czego nie rozumiesz.
Je moet je baden!
Hij gaat aan zijn bureau zitten.
Gaat u zitten.
Gaat u tweemaal daags zwemmen!
De kinderen gehoorzamen hun vader.
We eten te veel, morgen zullen we ziek zijn.
Vraag 24
Jeszcze seria zdań do tłumaczenia. Tym razem na język polski. Od następnego tygodnia zaczniemy treningi z czasownikami. Już bardziej w wersji holenderskiej.
Przetłumacz zdania.
Odpowiedzi
Je moet je baden!
Hij gaat aan zijn bureau zitten.
Gaat u zitten.
Gaat u tweemaal daags zwemmen!
De kinderen gehoorzamen hun vader.
We eten te veel, morgen zullen we ziek zijn.
Powodzenia
Nie zawsze może chodzi o dosłowne tłumaczenia.
Holendrzy mówią to inaczej lub inaczej jest wyrażane.
Czasami na najlepsze polskie tłumaczenie słuchają Holendrzy i myślą…wiem o co ci chodzi, ale
my mówimy to inaczej.
Musisz się wykąpać.
On siada przy biurku.
Niech pan siada.
Niech pani pływa dwa razy dziennie.
Dzieci słuchają ojca.
Jemy za dużo, jutro będziemy chore/ chorzy.